2021-2022
Met ingang van het verenigingsjaar 2021-2022 zijn we begonnen om elke Spaarnepost een of meer poststukken af te drukken die iets toevoegen aan de postgeschiedenis van Zuid-Kennemerland. Omdat de Spaarnepost niet op het web terecht komt zullen we steeds na een jaar een overzicht geven van de stukken die het afgelopen jaar zijn besproken.
Ton Dietz juni 2022
Oktober 2021
Postgeschiedenis Kennemerland: van Houtrijk en Polanen naar Haarlem in 1889
We gaan met ingang van dit nummer elke maand proberen om een poststuk te bespreken dat een illustratie is van de rijke postgeschiedenis van Haarlem en omgeving. Dit keer een briefkaart uit de verzameling van Jan Honkoop.
Het is een briefkaart gefrankeerd met 2 ½ cent uit 1877-1880 met poststempel Houtrijk en Polanen, verstuurd op 7 mei 1889 (8-12N) en met een ontvangststempel Haarlem van dezelfde dag 10-12N. Houtrijk en Polanen was een hulppostkantoor in wat nu Halfweg is, en onderdeel van de huidige gemeente Haarlemmermeer. De Geuzendam-catalogus van de postwaardestukken van Nederland en OG geeft diverse typen van deze briefkaart. Heeft iemand een idee welk type dit is? Interessant is dat het blijkbaar volstond om een naam op te geven zonder verder adres en dat dat voldoende was om de briefkaart te bezorgen.
November 2021
Oorlogshandel in bloemen, 1943
In de oktoberaflevering van de Spaarnepost stond een afbeelding van een 2 ½ cent briefkaart verstuurd uit Houtrijk en Polanen in 1889 met daarbij de vraag welk type briefkaart dit geweest kan zijn volgens de Geuzendam catalogus.
Jacques van Zandvoort antwoordde daarop: “Dit kan volgens mij alleen maar zijn Briefkaart Geuzendam 23; uitgifte datum mei 1881 vbd 9 mei 1881. Geuzendam 32 is uitgifte datum juni 1894”.
Deze keer een brief die ik bemachtigde bij onze oktoberveiling, in een verzameling oorlogspost. Het is een brief uit Hamburg (en op de achterzijde staat dat de brief is verstuurd door Emil Bresser, Gartenbau, Blumen, Pflanzen, Hamburg 34 Pagenfelderplatz 8). De brief ging naar de “N.V. Bloembollenkweekerij & handel v/h René Schoo & Co, Holland, Heemstede” en werd verstuurd op 14 1 1943 in de namiddag vanaf Hamburg 34. De brief is gefrankeerd met een Duitse Hitlerzegel van 12 pfennig. De brief bevat links een machinestempel met twee maal A.c. Dat was het stempel dat werd gezet (als ik goed ben geïnformeerd) als de Duitse censuur de brief niet open hoefde te maken en het blijkbaar een vertrouwde briefwisseling was.
De brief past natuurlijk goed in het stuk dat al op de website staat bij de postgeschiedenis over ‘Haarlem Bloemenstad’. Maar post aan of van deze v/h René Schoo zit er nog niet bij.
De brief roept, bij mij althans, een aantal vragen op over dit bloemenbedrijf in Heemstede en over de context waarin ze opereerden. Een snelle zoektocht op internet leverde alleen maar op dat in het Bloemendaalsch Weekblad van 29 januari 1937 ene J.J. Vis een nieuwe telefoonaansluiting had gekregen als directeur van deze ‘bloembollenkweekerij’ en dat het adres de Heerenweg 71 was (dat adres is nu het adres van een woning die daar in 1986 is gebouwd). Daarnaast is er niets verder over te vinden. Wie weet meer? De context is interessant. In de Eerste Wereldoorlog was de Kennemerlandse bloemensector in een enorme crisis beland omdat de erg belangrijke export naar Engeland ineens was stilgevallen en de sector was daar, dankzij innovatief ingrijpen van Krelage, bovenop gekomen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was er voor zover ik weet geen crisis, en werd er volop gehandeld en vooral (?) met Duitsland. Waarom moest de post van bv de firma Tubergen uit Haarlem dan wel door de Duitse censuur (zoals we kunnen zien op de website), en die van het bedrijf van deze J.J. Vis niet? En wat gebeurde er daarna met dit bedrijf? Ook van het Duitse bedrijf van Emil Bresser is op internet door mij niets teruggevonden. Op het adres zit nu een ‘Paketshop’ die ook Tabakwaren en Lotto verkoopt.
December 2021
Wie weet meer over dit stempel uit 1860?
Van Ben Schilder kreeg ik dit poststuk opgestuurd met de vraag of iemand van de vereniging meer weet over dit stempel en de achtergrond ervan.
De vraag is ook aan de Nederlandse Academie voor Filatelie voorgelegd en daar kwam als antwoord dat het een niet-postaal stempel is dat in Naarden werd gebruikt in 1860. Het heeft dus niets met de postgeschiedenis van Haarlem te maken.
Januari 2022
Postgeschiedenis van Kennemerland: De Heide, 1902
Bij het begin van het nieuwe jaar gaan we door met waar we eind 2021 mee zijn begonnen: elke keer een poststuk uit de streek met daarbij opmerkingen en/of vragen. Zoals we al eerder aangaven zijn we nu voor de online postgeschiedenis bezig met de Gemeente Velsen maar de afronding daarvan vraagt nog wat tijd. Al vast een voorproefje hier, uit het boek (op p. 30) dat gemaakt is in 2010 bij het 70-jarig jubileum van de postzegelvereniging IJmuiden, die daarna werd opgeheven. Ik vind zelf de postgeschiedenis van De Heide intrigerend. Dat was de plek waar zich vanaf 1865 allerlei kanaalarbeiders vestigden en die kwamen uit heel Europa, omdat zich voor dat vieze en gevaarlijke werk weinig Nederlanders aan hadden geboden. In haar boek ‘De Woede van Abraham’ beschrijft Conny Braam de herkomst en omstandigheden van de kanaalarbeiders, die voor een deel uit Oost-Europa kwamen en voor een deel politieke vluchtelingen waren (‘anarchisten’). Als ze het na een paar jaar werken overleefd hadden en zich goed hadden gedragen kregen ze de Nederlandse nationaliteit en een nieuwe naam. De Heide werd later Velseroord en nog weer later IJmuiden Oost en veel mensen daar zijn dus afstammelingen van deze arbeidsmigranten.
Het hulppostkantoor De Heide werd opgericht op 16 december 1901 en behoorde tot het ressort van het postkantoor Velsen. Het grootrondstempel werd toegezonden op 31 december 1901. In mei 1903 werd een nieuw grootrondstempel verstrekt met de benaming HEIDE.
Briefkaart van De Heide naar Castricum, verstuurd op 6 oktober 1902 met poststempel De Heide (N.H.). Gefrankeerd met 1 cent (nvph 51 uit 1899).
Wat ik me hierbij afvraag is: waar moesten de kanaalarbeiders naar toe met hun post (en hoe konden ze post ontvangen) in de periode vóór 1901: een periode van meer dan dertig jaar. Hoewel de meerderheid van hen waarschijnlijk niet kon lezen en schrijven moeten er onder de politieke vluchtelingen die als arbeidsmigrant in IJmuiden een nieuwe identiteit kregen toch heel wat mensen bij zijn geweest die wel konden lezen en schrijven. Wie heeft hier meer informatie over?
Februari 2022
Post naar Adriaan Stoop, 1925
In de rondzending poststukken van afgelopen maand vond ik een brief die gericht was aan ‘de weledelgeboren Heer A. Stoop’ in Huize ‘De Rijp’ te Bloemendaal. We hebben eerder een stuk over de post van en naar Adriaan Stoop geplaatst in de rubriek ‘sociale filatelie’ op onze website over de postgeschiedenis van onze streek en dit stuk is daarbij een welkome aanvulling voor de wat latere periode.
De brief is aangetekend verstuurd vanuit Djokjakarta (het huidige Yogyakarta) op 27 7 1925 en op de achterzijde staat een aankomststempel Bloemendaal 1 op 25 VIII 1925 en ook een afzender en de naam ‘Demak Idjoe’, een koloniale landbouwonderneming (o.a. indigo) en suikerfabriek in de buurt van Djokjakarta. De brief is gefrankeerd met 40 cent: een ingedrukte blauwe briefzegel van 20 cent uit 1920 (Geuzendam 45) en bijgefrankeerd met 7 ½ cent uit 1912 (NVPH 113) en 12 ½ cent opdruk op 22 ½ cent uit 1921 (NVPH 143). Ik ben op het internet gaan zoeken naar bronnen over het gebruikte tarief en ik vond een artikel van P. Storm van Leeuwen in het Mededelingenblad van de Studiegroep Zuid-West Pacific, 30e jaargang januari 1997 nummer 117 (binnenlandse en buitenlandse posttarieven van Nederlands Indië 1864-1949; daaruit haal ik dat een brief per zeepost naar Nederland in 1925 20 cent kostte maar over het extra bedrag voor het aantekenrecht kan ik geen goede informatie vinden behalve dan dat het tot 1 mei 1921 10 cent bedroeg. Maar op deze brief is 40 cent als tarief gehanteerd. Wie weet meer?
Post van de postzegelhandelaar P.J. Hekker van een eeuw geleden.
In het overzicht van de postzegelhandel in Haarlem en omstreken, zoals dat op de website staat bij het onderdeel van de postgeschiedenis over ‘postzegels verzamelen’ wordt de naam ‘Hekker’ diverse malen genoemd, maar voor het eerst pas in de jaren ’30. Een van onze leden gaf me een enveloppe die door postzegelhandelaar P.J. Hekker gestuurd was op 5 XII 1921 met daarop als adres Schermerstraat 6 rood Haarlem en een poststempel vanuit Overveen. De brief was gefrankeerd met de 5 cent bontkraag (NVPH 60) uit 1899 en verstuurd naar een ‘stamp dealer’ in Hannover in de Verenigde Staten.
Deze wat verfomfaaide brief is niet alleen interessant omdat het aantoont dat P.J. Hekker dus al veel vroeger actief was dan ik tot nu toe dacht en dat hij een adres had in Haarlem, maar ook vanwege de inhoud: een vroege groothandelsprijslijst van 100 jaar oud (het was zijn zesde). Naast de voorkant, neem ik ook twee pagina’s op.
Zoals te zien is verkocht Hekker per 10 stuks en voor een aantal zegels per 100 stuks of zelfs 1000 stuks (en de prijzen zijn voor gebruikte zegels). Daarbij zijn zegels die toen ook al hoorden tot de topstukken van een Nederland-verzameling. Ieder kan zelf gaan vergelijken met een recente catalogus (ik gebruik de NVPH catalogus van 2016), maar voor een paar topzegels geef ik hier een voorzet.
NVPH nrs |
Prijs per stuk bij Hekkers 1921/1922 in guldens |
Prijs in de NVPH catalogus van 2016 in euro |
Waardevergelijking (afgerond) |
1 (5c) |
2,60 |
45,00 |
X 38 |
2 (10c) |
1,00 |
35,00 |
X 77 |
3 (15c) |
11,00 |
170,00 |
X 34 |
6 (15c) |
10,00 |
120,00 |
X 26 |
16 (1 ½ cent) |
1,40 |
95,00 |
X 150 |
28 (1 gulden) |
0,35 |
50,00 |
X 315 |
80 (10 gulden) |
16,00 |
750,00 |
X 103 |
101 (10 gulden) |
12,00 |
900,00 |
X 165 |
De prijsverandering in een eeuw tijd scheelt dus nogal wat! Maar bij alle zegels die ik heb vergeleken zit de prijsstijging boven de vastgestelde inflatie want die bedraagt voor deze eeuw 1760 procent (bron: CBS). Maar we weten allemaal dat de ‘echte’ prijzen inmiddels flink onder de catalogusprijzen liggen. Zo bracht de NVPH 101 in onze januariveiling 205 euro op. Maar dat is altijd nog ruim twee keer meer dan de inflatie!
Maart 2022
Van Stoomkoffiebranderij en theehandel A.F. Kremer naar Nederlands Indië, 1929
Voor de veiling van 17-19 maart 2022 heeft Corinphila weer een prachtige catalogus gemaakt. Dat zijn boekwerken die zo mooi geïllustreerd zijn dat veel verzamelaars deze boeken in hun postzegel-boekenkasten laten staan en er af en toe nog wat in opzoeken en bekijken. In de catalogus van deze veiling staan ook diverse illustraties die voor onze postgeschiedenis interessant zijn. Ik haal er één uit die hoort bij onze digitale verzameling bedrijvenpost. Op onze website staan daar al een paar mooie voorbeelden van (bij de onderdelen ‘bedrijvenpost’ en bij ‘perfins’). Deze brief staat op p. 132 van de catalogus en op p. 129 staat als omschrijving “7 ½ cent in keerdrukpaar met 10 cent Reddingswezen en Luchtpost 40 cent Koppen op aangetekende luchtpost envelop Haarlem-Pekalongan 27 XI 1929 via Weltevreden 10.12.29 en 30.12.29 retour Pekalongan-Haarlem, pracht ex.”. En de inzet is 50 euro. Voor ons doel is vooral interessant dat de brief afkomstig is van de stoom-koffiebranderij en theehandel van A.F. Kremer in Haarlem, een van de vele bedrijven in de stad met een economische band met het toenmalige Nederlands Indië. De brief gaat naar de opzichter 1 e klasse W.T. Wulfhorst die bij een van de suikerondernemingen in Pekalongan werkte aan de noordkust van Midden Java. Op de website van de Historische Vereniging Haarlem is te vinden dat Kremer’s bedrijf gevestigd was op de Zijlstraat 89, aan de noordzijde tussen de Kromme Elleboogsteeg en de Barteljorisstraat. In het boek over de “geschiedenis van de belangrijkste zelfstandige ondernemingen die zich in Haarlem vestigden” van Marcel Bulte e.a. (uit 1998) staat op p. 352 een heel stuk over dit bedrijf. Het bedrijf werd in 1792 al opgericht door een Pruisische immigrant, Johannes Heinrich Kremer, en die begon in 1797 ook een winkel in de Zijlstraat. De brief is verstuurd in het jaar dat het bedrijf onder leiding staat van iemand uit de vierde generatie (Alexander Frederik Kremer jr.), die op dat moment 55 jaar oud is. De volgende generatie maakte er de ‘Kennemer Groothandel’ van en later ‘Veka’. In 1984 werd dit bedrijf statutair verplaatst naar Den Haag als ‘Kremer Service BV’, maar dan zijn ze al lang afgestapt van de ‘koloniale waren’. En in het Haarlemse pand zit op dit moment een schoenenzaak.
April 2022
Het Poststuk van de maand: Duitse Post uit Hillegom, 1922
We kregen van Peter Prins, van de Zegelaars uit Diemen, bovenstaand poststuk opgestuurd, met complimenten voor ons stuk over het bloemencorso en de bloembollenbedrijven zoals dat op onze website staat. Het afgedrukte poststuk staat vermeld in Germania, het blad van de Germany and Colonies Philatelic Society uit Groot Brittannië. Volgens de beschrijving gebruikte deze Gerard Telkamp uit Hillegom de Duitse post om kosten te besparen voor post naar het Britse Rijk en was er op die kaart naast de Duitse postzegel een reclame voor zijn bedrijf aangebracht. Dat ziet er uit als een bedrijfsfrankeerstempel maar ik heb daar wel mijn twijfel over en wil er graag meer over weten. De Duitse postzegel is uit 1920 en het stempel uit 1922, toen de bloembollenexport naar Groot Brittannië weer aan het herstellen was na de grote klap die deze export had gehad tijdens de Eerste Wereldoorlog, toen Nederland weliswaar neutraal was, maar de duikbootoorlog de Noordzee afsloot voor veel transport (en mensen ook wat anders aan hun hoofd hadden dan tulpen en narcissen). Op 23 april is er weer een corso gepland met praalwagens die vanuit de bollenstreek rijden naar Haarlem. Opnieuw in een tijd waarin oorlogsdreiging ineens weer aan de orde is…
Mei 2022
Het poststuk van de maand en een oproep
We zijn nu een paar jaar bezig met de website over de postgeschiedenis van onze streek en dat is inmiddels een rijk gevulde website geworden met voor elk wat wils. We krijgen er veel waarderende opmerkingen over, ook van buiten de filatelie. Maar we zitten niet stil en er is nog heel veel meer dat we graag zichtbaar maken op die website. Een van die ‘projecten’ is een overzicht van poststukken uit ‘alle delen van de wereld, vroeger en nu’: “post naar Haarlem en omgeving”. We hebben al heel wat digitaal verzameld, maar we hebben nog lang niet van alle vroegere en huidige postzegellanden een voorbeeld. Daarom een oproep: hebt U thuis een poststuk uit een exotisch land of uit een land dat niet meer bestaat: maak een foto of een scan en stuur het op via de pagina Contact naar de secretaris! Als voorbeelden neem ik van beide types een afbeelding op. Dat zijn dan meteen de twee ‘poststukken van de maand’: een uit Ponta Delgada, op de Azoren, en een uit Thailand.
Bron: Delcampe “Ponta Delgada, 1899, Bilhete postal Ponta Delgada-Haarlem”. Bestellersstempel ..35.
Uit de nalatenschap van J. Hellingman. Luchtpostbrief van Thailand naar Haarlem.
Juni 2022
Omdat er geen veilinginformatie in deze laatste Spaarnepost van het verenigingsjaar staat hebben we een wat groter stuk opgenomen over de postgeschiedenis.
Post uit België: tien poststukken met een verhaal.
In de Spaarnepost van mei [2022] deed ik een oproep aan al onze leden om eens te kijken of er poststukken in de eigen verzameling zitten uit andere landen, ter voorbereiding van een groot stuk op de website over de postgeschiedenis met als titel “Post Uit De Wereld”. Per land kunnen dat ook meerdere poststukken zijn, die elk een bepaalde periode representeren en die zo een beeld kunnen geven van de politieke postgeschiedenis waarbij Haarlemmers en mensen uit de verdere omgeving in Zuid Kennemerland via postzegels kennis konden nemen van de politieke verwikkelingen in de wereld: poststukken als miniatuur-beelddragers van de wereldgeschiedenis. Van diverse leden van OHvZ heb ik poststukken kunnen fotograferen (of kreeg ik ze als scans of foto’s opgestuurd) en ik hoop er nog veel meer te krijgen.
Deze Spaarnepost heeft geen veilinginformatie en biedt dus wat meer ruimte om een beeld te geven van wat ik beoog. Ik doe dat ‘dicht bij huis’: post uit België, een land waarmee veel huidige inwoners van Zuid Kennemerland genetische banden hebben, uit de 17e eeuw, of uit recentere periodes.
Het eerste poststuk, uit Luik, is uit 1862 en geeft een mislukte postreis aan, omdat de afzender de brief niet naar Haarlem maar naar ‘Harem’ had gestuurd, maar daarbij wel ‘Hollande’ had toegevoegd, zodat deze brief niet naar Mekka of Constantinopel ging. In Nederland aangekomen dachten postsorteerders eerst dat Haren bedoeld was (in Groningen), en vandaaruit is de brief gaan zwerven, om uiteindelijk terug te worden gestuurd naar de afzender.
Bron: Delcampe
Het tweede poststuk komt uit Brussel (Bruxelles; alleen in het Frans) en werd in 1873 gestuurd naar ‘Harlem Hollande’. Daar komt het dus blijkbaar wél aan, inclusief de postzegel van 25c met Leopold II er op.
Bron: Delcampe
Een derde poststuk werd vanuit Westende verstuurd, een badplaats ten zuidwesten van Oostende; op 3 juni 1903 (18-19 uur). Zoals wel vaker in die tijd werd er geen adres gegeven en moesten de Haarlemse postbeambten maar uitvogelen wie de ontvanger was toen de brief tussen 10 en 11 uur de volgende dag aankwam en een aankomststempel kreeg van Haarlem. Gezien het grote aantal bestellersstempels hebben ze daar erg hun best voor gedaan. Op het postkantoor zaten dan ook diverse mensen die als taak hadden uit te zoeken wie mogelijke ontvangers waren en men stelde er een eer in om post ter plekke te krijgen. Opnieuw stond Koning Leopold II op de postzegel, deze keer van 10c.
Bron: Delcampe.
Een vierde poststuk ging van Nivelles (of Nijvel, ten zuiden van Brussel) op 1 augustus 1910 (tussen 12.00 en 13.00 uur) naar Bloemendaal waar de postkaart de volgende dag tussen 6 en 7 uur ’s ochtends een aankomststempel kreeg en door besteller nr. 6 meteen werd bezorgd (in de eerste bestelronde, A). De postkaart had een ingedrukte postzegel van 10c, met opnieuw de langbaardige koning.
Verzameling Arend Bultman.
Een vijfde poststuk is een ‘kaartbrief’ uit 1913 uit Luik, met 20c
frankering (10c als ingedrukte postzegel van de nieuwe Koning Albert
I en een bijgeplakte identieke postzegel). Het stempel is
tweetalig.
Bron: Delcampe.
En niet lang daarna begon voor België de nachtmerrie van de Eerste Wereldoorlog. Wikipedia schrijft: “Op 4 augustus 1914 viel Duitsland België binnen, zonder formele oorlogsverklaring. Al meteen na de inval kwam de vluchtelingenstroom naar Nederland op gang… Toen op 10 oktober 1914 Antwerpen viel vluchtten naar schatting 40.000 soldaten en 1 miljoen burgers naar Nederland…De reden van de vlucht was de agressie bij de Duitse troepen: dorpen en steden werden in brand gestoken, inwoners vermoord en er werd geplunderd” Wikipedia . Komt dat weer bekend voor?
Het zesde poststuk is uit november 1915 en is door de militaire censuur gegaan. Het is waarschijnlijk een van de vele duizenden poststukken die over en weer gestuurd zijn tussen soldaten en hun gevluchte ‘thuisfront’. Ook in Haarlem en omgeving moeten veel Belgen zijn opgevangen bij particulieren; er waren voor zover ik weet geen opvangkampen zoals elders in het land, waarover Wikipedia (idem) schrijft: “Binnen de kampen werden vluchtelingen onderverdeeld in drie categorieën, afhankelijk van hoe gevaarlijk men hen achtte: (1) gevaarlijke of ongewenste elementen, (2) minder gewenste elementen en (3) fatsoenlijke behoeftigen”. De gebruikte postzegel is een Belgische van 10c met Albert I, aangevend dat de post uit het niet door Duitsland bezette deel kwam. Het stempel geeft “Belgique Poste Militaire/België Leger Posterij” en zoals gebruikelijk in oorlogstijd geen verdere aanduiding van de plek van waaruit de briefkaart is verstuurd.
Bron: Delcampe: “TP 138 s/CP c.PMB-BLP 20/11/1915 censure militaire écrite par Verpoorten III 13 on A82 v.Haarlem AP2013”.
Het zevende poststuk toont België tijdens de Duitse Bezetting in de Eerste Wereldoorlog, met de Duitse Belgien Centimes zegels (twee zegels van 10c en een van 5c) en om het affront nog groter te maken een poststempel waarbij Luik verduitst was tot Lüttich. De brief is afgestempeld op 16 september 1915 en bestemd voor de Heer Krelage en die was in Haarlem zo bekend dat er geen verder adres op hoefde. De brief is door de censuur vrijgegeven (ook dat stempel was in het Duits).
Bron: Delcampe
Het achtste poststuk is van de Belgische regering in ballingschap, in het Franse Le Havre tijdens de Eerste Wereldoorlog. Dat werd postaal gezien als België en de post gebruikte Belgische postzegels met Koning Albert I er op. Verstuurd op 29-3-1915 en waarschijnlijk ook aan een gevluchte Belg gericht (Benoit).
Bron: Delcampe
Het negende poststuk toont het herstelde België na de wapenstilstand in 1918: een briefkaart uit Luik (met tweetalig poststempel uit 1928) en gefrankeerd met 60c aan postzegels met Albert I er op.
Bron: Delcampe.
Tenslotte een recenter poststuk, uit 1973, uit Kalmthout bij Antwerpen, een spoedbestelling naar Overveen, met 27F aan postzegels, waaronder drie met Koning Boudewijn.
Bron: Delcampe
Over elk van deze poststukken is nog wel een uitgebreider verhaal te schrijven, maar dat laat ik, zo gewenst, over aan degenen die zich daartoe geroepen voelen. Poststukken worden soms verder geanalyseerd m.b.t. het gebruikte posttarief en of dat klopt met de richtlijnen van de periode waarin het poststuk werd verstuurd. Er kan ook naar poststukken worden gekeken met de blik van de sociale filatelie: wie was de afzender, wie was de ontvanger en is er iets af te leiden aan het poststuk over de inhoud of bedoeling van de communicatie. En uiteraard is er meer te vertellen over elk van de gebruikte postzegels. De afdrukkwaliteit van het poststuk, de leesbaarheid van de gebruikte postale aanduidingen en/of het handschrift zijn daarbij wel af en toe belemmeringen. Tenslotte: als gekeken wordt naar waar ik de getoonde poststukken vandaan heb, dan blijkt in dit geval dat ze vooral ontleend zijn aan de website van Delcampe. Dat is voor de ‘digitale filatelie’ een hele rijke bron van informatie, al moet er af en toe lang worden gezocht naar pareltjes. Zoals dat bij het verzamelen van “echte” postzegels en poststukken ook het geval is!
versie 15-07-2022